maandag 6 juni 2016

Leesverslag algemeen Klas 5

Algemene informatie
Willem Elsschot, Kaas
Amsterdam, 1933
148 pagina’s
Genre: novelle, satire

Samenvatting
Het boek begint met een inleiding, waarin Elsschot uitvoerig ingaat op de manier waarop een verhaal opgebouwd moet zijn, om spanning te verkrijgen. Hij sluit deze inleiding af met de tekst: ‘In de kunst mag niet geprobeerd worden’.
In het eerste hoofdstuk leert de lezer Frans Laarmans kennen. Hij komt dronken thuis en ontvangt het bericht dat zijn moeder overleden is. Op haar begrafenis ontmoet hij een vriend van zijn broer, mijnheer Van Schoonbeke. Deze nodigt hem uit om een kaasimportfirma op te richten, waar hij dan als alleen-vertegenwoordiger kan functioneren. Hij meldt zich voor vier maanden ziek bij zijn kantoor door zijn broer een doktersverklaring te laten maken.
Hij heeft echter veel moeite met de nieuwe kringen waarin hij zich begeeft. Ook heeft hij geen idee wat zakendoen inhoudt. Hij stelt een aantal agenten aan om de verkoop te doen. Tijdens het opstarten van de firma is hij met de meest onbelangrijke dingen bezig, zoals het zoeken naar een bureau en een tweedehands typemachine. Dit terwijl de kaas in grote hoeveelheden aangevoerd wordt. Alles wordt tot in detail verzorgd, maar de bestellingen blijven uit. Wel wordt hij tot vice-voorzitter van de Association Professionelle des Négociants en Fromage benoemd. Hij blijkt zeer succesvol in deze functie, maar wil liever kaas verkopen. Boorman adviseert hem op het gebied van zakendoen. Laarmans schijnt echter iets tegen kaas te hebben, hij zich er niet toe verzetten, een kaaswinkel te betreden. Afgezien van een paar kazen die hij tegen inkoopprijs aan kennissen kwijtraakt, verkoopt hij niets. Zijn zoon Jan is wel in staat een kist met kaas te verkopen. Aan het eind van het verhaal ligt er nog twintigduizend kilo kaas in de opslagruimte en keert hij terug naar zijn kantoorbaan.

Verwachtingen
Natuurlijk had ik verwacht, na het lezen van de titel van het boek, dat het boek over kaas zou gaan. Ik had ook verwacht dat het boek met ‘oudere’ woorden was geschreven, omdat boek was uitgegeven in 1933. Mijn andere verwachting was dat het een niet al te moeilijk boek was. Kroon had voorgesteld om dit te boek te lezen als je weinig tijd had. Ik had weinig tijd en daarom had ik dit boek uitgekozen.

Motieven en thema
Het belangrijkste motief van het boek is duidelijk ‘kaas’. Kaas komt elke keer terug in het boek en het verhaal draait daar ook om.
Het thema van het boek is: Het instorten van de droom van Laarmans. Hij droomde om succesvol te worden in het verkopen van kaas, maar die droom kwam al snel tot instorten. Hij heeft in het einde van het verhaal nog veel kaas over in zijn opslagruimte.


Beoordeling
De schrijfstijl van Elsschot is eenvoudig en hij gebruikt vaak korte zinnen. Hij verwoord geen zaken veel mooier dan dat ze zijn. Daarom is hij ook sober met schrijven.
·         Ruimte: Het verhaal speelt zich af in Nederland, België en Luxemburg
·         Vertelperspectief: Ik-perspectief. De hoofdpersoon vertelt altijd in de ik-persoon. De lezer weet ook niet meer dan de ik-persoon.

Eindoordeel
mijn verwachting van het boek zijn allemaal uitgekomen. Het boek was vooral gefocust op kaas en het boek was makkelijk uit te lezen. Ook was het taalgebruik ‘oubollig’. Ik zou het boek kunnen aanraden aan mensen, die net zoals ik, in tijdnood zitten en een boek moeten lezen in een korte periode. Ook als je veel tijd hebt, zou ik het boek niet afraden. Het is een zeer interessant boek en heeft ook nog wel wat humor tussendoor.

Bronnen
  • http://www.verdec.com/hulpje/boekvers/kaas.htm
  • http://www.lezenvoordelijst.nl/zoek-een-boek/nederlands-15-tm-19-jaar/k/kaas/